Installatiehandleiding rolstoelhelling


EEN rolstoelhelling kan een vitale toegankelijkheid bieden voor iedereen die is beperkt tot een rolstoel of scooter. Er zijn verschillende soorten rolstoelhellingen.

Rechte opritten

Rechte rolstoelhellingen zijn het eenvoudigste type hellingbaan om te bouwen en te gebruiken. Ze hebben een rechte lijn van de deur naar het gewenste straatniveau. Deze opritten hebben geen bochten of hoeken en zijn dus het meest efficiënt voor personen die vaak in een draagbaar of mobiel bed moeten worden vervoerd.

Hellingshoeken

Een schuine hellingbaan kan langs de zijkant van een huis lopen en vervolgens rondbuigen in de voor- of achtertuin. Dit type hellingbaan heeft niet de scherpe hoek van een L-vormige of U-vormige hellingbaan, maar heeft speciale aandacht nodig voor de overgang zodat de hoek niet gevaarlijk is en gemakkelijke verplaatsing tussen de twee delen mogelijk maakt.

L-vormige oprijplaten

Een L-vormige hellingbaan is waarschijnlijk de meest voorkomende stijl van rolstoelhelling. Dit wordt ook een rolstoelhelling met een 'hondenbeen' genoemd. Het is gemakkelijk te construeren en te gebruiken.

Dit soort oprit wordt vaak geïnstalleerd vanaf een voor- en achterdeur. Het heeft een lange helling vanaf de deur en vervolgens een enkele bocht die naar het onderste deel van de helling leidt. Het heeft een langzaam oplopende helling, waardoor het het beste is voor personen die stoelen hebben die handmatig moeten worden bediend in plaats van stoelen of scooters met motor.

U-vormige oprijplaten

De U-vormige rolstoelhelling wordt ook wel een terugloophelling genoemd. Dit soort helling heeft een landingsplatform waar de richting van de helling verandert in een draai van 180 graden. Meestal lopen beide delen van de helling evenwijdig aan elkaar. Dit soort helling vereist meestal minder ruimte dan een L-vormige oprit, maar het kan moeilijker zijn om te navigeren voor personen die geen gemotoriseerde scooters of rolstoelen hebben.

Ramp Turn Design

Het ontwerp en de breedte van de beurten voor beide soorten opritten is uiterst belangrijk, zodat deze efficiënt kan worden gebruikt. De hoeken en bochten moeten breed genoeg zijn om de hele breedte van de stoel te accommoderen terwijl deze rond de hoeken manoeuvreert. De beste regel hiervoor is om de breedte van de stoel te meten en de bochten zo te ontwerpen dat de stoel gemakkelijk in een hele cirkel kan draaien, inclusief de ruimte die nodig is voor een begeleider die op de stoel zou kunnen drukken. Scherpe of scherpe hoeken moeten worden vermeden, omdat dit kan resulteren in ongevallen voor zowel de persoon in de rolstoel als de begeleider